Basis Informatie.
After-sales service
Online Support
Toepassing
Medische biologie, Electronic Industry, Automotive Industry, Poedermetallurgie, Verwerkende industrie
Technische Class
Continuous Wave Laser
Vermogensdichtheid
Deep Fusion Welding
Laser Classificatie
Optical Fiber Laser
Type
Silicium Laser lasmachine
Transportpakket
Wood Pack by Sea
Oorsprong
Shanghai, China
Beschrijving
Technische parameters van handlaskop
Interfacetype QBH
Vermogensbereik 000W
Lasergolf 1064-1080nm
Puntaanpassing (0.2-5) mm
Collimating brandpuntsafstand 60 mm
Brandpuntsafstand van de scherpstelling 150 mm
Pian-lenzen D18X2mm
Koelmethode: Waterkoeling
Gewicht handgreep 0,8 KG
1, Productkenmerken
Basisfuncties: Meerdere beveiligingsalarmen instellen, kleiner formaat, flexibele bediening en eenvoudig aan de slag te gaan.
Stabieler: Alle parameters zijn zichtbaar, realtime bewaking van de algehele machinestatus, vroegtijdige voorkoming van problemen, gemakkelijker probleemoplossing en probleemoplossing, zodat het lassen gegarandeerd is
Stabiele hoofdarbeid.
Proces: Alle parameters zijn zichtbaar, de laskwaliteit is perfectioner, de vervorming is klein en de penetratiediepte is hoog. Stabiele parameters en hoge herhaalbaarheid: Bepaald spuitneusgas
De druk en de toestand van de lens, zolang de laserkracht stabiel is, zijn de procesparameters zeker herhaalbaar. Verbetert de efficiëntie aanzienlijk terwijl de bedrijfsvoering wordt verminderd
Werkvereisten.
1.1 gebruiksomgeving en parameters
1.2 Informatie ter attentie van de
1) Zorg voor betrouwbare aarding voordat u de voeding gebruikt.
2) de laseruitvoerkop is aangesloten op de laskop. Inspecteer de laseruitvoerkop zorgvuldig wanneer u deze gebruikt om stof of andere verontreiniging te voorkomen, en reinig deze
Gebruik speciaal lenspapier wanneer u de laseruitvoerkop gebruikt.
3) als de apparatuur niet wordt gebruikt volgens de methoden die in deze gebruiksaanwijzing worden beschreven, kan deze in een abnormale werktoestand verkeren en schade veroorzaken.
4) Zorg voor de juiste bescherming wanneer u een veiligheidsbril vervangt.
5) Let op: Als u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, moet u ervoor zorgen dat er geen rood licht uitstraalt wanneer het niet uit het koperen mondstuk kan komen
2, installatie
2.1 definitie van bedrading van de controller
2.1.1 einde voeding controller
Het uiteinde van de voeding maakt gebruik van een 5-pins interface en wordt gevoed door een willekeurig meegeleverde 24 V-schakelvoeding en een 15 V-schakelvoeding. Let op: De 15 V-schakelaarvoeding moet worden onderscheiden tussen positief en negatief
Negatieve pool, V1 aangesloten op 15V+, V2 aangesloten op 15V -, elke COM op de 15V-schakelaarvoeding aangesloten op pin 2 GND! Let op: De voeding van de schakelaar moet
Aardingsdraad is vereist!
2.1.3 Controller signaal interface 1
Pen 2 is de ingang voor het alarmsignaal voor de luchtdruk. Als deze moet worden ingeschakeld (bekabeld), stelt u het alarmniveau voor de luchtdruk op de achtergrond in op hoog, anders is het laag
De/-pin is de ingang voor het alarmsignaal van de watertank. Als deze moet worden ingeschakeld (bekabeld), stelt u het alarmniveau voor de luchtdruk op de achtergrond in op hoog, anders is het laag
De nummerpen dient als referentiemassa voor de veiligheidsvergrendeling en is direct verbonden met het werkstuk verwerkt met een draad
De nummerpen is de veiligheidsmassavergrendeling van de laskop, die is aangesloten op de blauwe draad van de draad met drie kernen. Wanneer de laskop het werkstuk raakt, licht de veiligheidsvergrendeling op
De nummerpin is de uitgangsschakelaar voor de laskop, die is aangesloten op de bruine draad van de draad met drie kernen
De nummerpin is de lichtuitgangschakelaar van de laskop, die is aangesloten op de zwarte draad van de draad met drie kernen. Wanneer de trekker wordt uitgetrokken, licht de knop op
Let op: Alleen als er geen alarm is en het signaal van de veiligheidsvergrendeling en de activeringsknop aan is, wordt het uitgangssignaal van de volgende poort afgegeven
2.1.4 Controller signaal interface 2
De signaalinterface 2 maakt gebruik van een 6P-interface, die gerelateerd is aan de luchtklep en de draadtoevoer
Gereserveerde voeten
Gereserveerde pennen (gesynchroniseerd met 4-pins signaal)
/ de voet is de 24V-uitgang van de luchtklep, die is aangesloten op de luchtklep
De voet is de signaallijn van de draadaanvoerder, de signaalpoort voor het ontvangen van de draadaanvoerder, ongeacht of deze positief of negatief is
2.1.5 Controller signaal interface 3
De pin geeft de ingang+ van het laseralarmsignaal aan. Om deze functie in te schakelen, stelt u het drukalarmniveau op de achtergrond in op hoog
PIN is Enable+, aangesloten op de inschakeling van de laser+
De pen voert 24V uit en nadat hij is ingeschakeld, geeft hij direct 24V+ uit
Pen 1 is een gedeelde massa-aansluiting (referentiemassa voor pen 1/2/3/5)
De nummerpin geeft de analoge hoeveelheid + uitvoer en de gegeven analoge hoeveelheid aan
Pen is een PWM-modulatiesignaal
Pen is een PWM+modulatiesignaal
2.2 bedradingsschema van de controller
2.3 glasvezelinterface
Optische onderdelen moeten schoon worden gehouden en al het stof moet vóór gebruik worden verwijderd. Bij het plaatsen van optische vezels moet de snijkop 90 graden naar water worden gedraaid
Leg plat en gebruik glasvezelkabels om stof te voorkomen in de interface vallen
2.4 aansluiting voor beschermgas- en waterkoeler
De waterpijp en de luchtpijp-interface kunnen worden uitgerust met slangen met een buitendiameter van 6 mm en een binnendiameter van 4 mm. Het midden is de luchtinlaat, en de twee zijden zijn de inlaat- en uitlaatleidingen van het waterkanaal (niet
Deel de in- en uitgangsrichting, zoals weergegeven in de volgende afbeelding:
Het koelsysteem is verdeeld in het watercircuit-gedeelte van de lasverbinding en het watercircuit-gedeelte van de optische vezelkop, die in serie zijn aangesloten, zoals weergegeven in de volgende afbeelding:
2.5 verbindingsinterface tussen laspistool en bedieningskast
Het laspistool is met drie draden aangesloten op de bedieningskast, waaronder een motorvoedingskabel met twee kernen, een signaalleiding met vijf kernen, een veiligheidsvergrendeling en een trigger
De knoopdraad, de drieaderige motor-voedings-/signaaldraad (twee zwart), is direct aangesloten op het motorgedeelte van de laskop en kan worden gedemonteerd (twee opties verkrijgbaar: 1
Open de motorkap en het zijpaneel van het handgereedschap. 2. Open de bedieningskast met doppen. Zet de vergrendel- en triggerknop vast. De draad met drie kernen is afneembaar
Luchtvaartstekker: Veiligheidsvergrendeling en knoopdraad, inclusief 1 blauw, 2 zwart en 3 bruin (aangesloten op pennen 6/7/8 van signaalinterface 1, zie bedrading in de bedieningskast hierboven voor details)
Definitie)
2.6 installatie van draadaanvoerder
Algemene definitie van circuitbedrading
2.1.1 de gehele machine is uitgerust met een luchtvaartuigeplug met drie kernen, die is aangesloten op de luchtvaartplug met drie kernen aan de achterkant van de draadaanvoerder en voorziet in 220V-voeding (1-pins spanningvoerende draad, 2-pins nuldraad, 3-pins)
Voetaardingsdraad)
2.1.2 de gehele machine is uitgerust met een tweeaderige luchtvaartstekker, die is aangesloten op de draadaanvoerpoort van het regelsysteem en een draadaanvoersignaal levert (passief contact, kortgesloten voor onmiddellijke levering)
Zijde
2.2 installatie van lasdraadhaspel/draadinvoerwiel
2.2.1. De lasdraad is een normale lasdraad, die kan worden aangebracht van 5 KG tot 30 KG, maar geen lasdraad met fluxcored gebruikt
2.2.2. Stel de kracht van de rol af door de binnenste zeskant om te verzekeren dat deze niet te strak of te los zit en dat er geen klemmen zijn tijdens de draadtoevoer (gewoonlijk niet vereist)
Moet worden aangepast)
2.2.3. Afdekking na afstelling
2.2.4. Er zijn in totaal twee draadinvoerwielen, waarvan de verschillende modellen aan beide zijden overeenkomen met de verschillende kerndiameters. Zorg ervoor dat u ze overeenkomstig installeert, zoals het aanbrengen van 1.2 lasdraad,
De zijde gemarkeerd met 1.2 op het draadinvoerwiel is aan de buitenkant
2.2.5. Zorg ervoor dat de lasdraad tijdens de installatie in de sleuf wordt geklemde en vervolgens stevig wordt vastgeklemt
3, installatie van draadaanvoerbuis
3.1.1 Draai de borgschroef van de draadaanvoerbuis los, plaats deze in de juiste positie en vergrendel deze
3.2.1 na het aansluiten van de bovenstaande handelingen moet de draad handmatig worden ingevoerd totdat de lasdraad eruit komt, moet de draadgeleider worden aangebracht en moet de afstand tussen de draadgeleider en de schaalbuis worden gecontroleerd
1) "Continue modus" geeft aan dat de draadtoevoer momenteel in de "continue modus" staat. Als u op de knop klikt, schakelt u over naar de pulsstand voor de continue modus
2) de snelheid van de draadtoevoer tijdens het lassen wordt geregeld door de snelheid van de draadtoevoer. Het bereik is 15 cm/min en u kunt op „getal” klikken om rechtstreeks vanaf het toetsenbord in te voeren,
Deze kan ook snel worden aangepast via de pijl. Opmerking: De „draadaanvoersnelheid” is niet gelijk aan de „handmatige draadaanvoersnelheid”.
3) "Handmatige draadtoevoer" regelt de snelheid van de motor tijdens handmatige draadtoevoer, en wordt gewoonlijk gebruikt voor het dagelijks opsporen van fouten in apparatuur. Bereik 15 ~ 600 cm/min, continu
Druk op de knop voor handmatige draadinvoer om van blauw naar groen te veranderen, en de motor zal de draad blijven voeden met de „handmatige draadaanvoersnelheid”. Laat de knop los om de invoer van de draad te stoppen.
4) "handmatig terugtrekken" regelt de snelheid van de motor tijdens handmatig terugtrekken en wordt gewoonlijk gebruikt voor het dagelijks opsporen van fouten in apparatuur. Bereik 15 ~ 600 cm/min, continu
Druk op de knop voor handmatig intrekken om van blauw naar groen te gaan, en de motor blijft inschuiven bij de „snelheid voor handmatig inschuiven”. Laat de knop los om het intrekken te stoppen.
5) "Run" en "Stop" regelen de draadaanvoerder om de werkstatus te veranderen. Klik op „uitvoeren”, wijzig van zwart naar groen en tegelijkertijd „stoppen”
Schakel over naar zwart. Op dit moment is de kabel in de „draaiende” toestand en kan de motor de draad normaal voeden. Klik op „Stop” om van zwart naar rood te veranderen, terwijl”
„Run” wordt zwart. Op dit moment bevindt de motor zich in de „STOP”-stand en stopt de beweging, waardoor er geen draadtoevoer of -onttrekking meer kan worden uitgevoerd.
6) het indicatielampje voor draadtoevoer geeft de status van de draadtoevoer tijdens het lassen aan. Wanneer de trigger van het laspistool wordt ingedrukt om de draad te voeden, wordt het indicatielampje zwart
De kleur verandert in groen, wat aangeeft dat de draadaanvoereenheid normaal werkt. Opmerking: Alleen tijdens het lassen wordt het indicatielampje groen weergegeven en wordt „handmatige draadinvoer” weergegeven
De status van het controlelampje verandert niet door „handmatig intrekken”.
7) het huidige scherm dat op de homepage wordt weergegeven is de startpagina van het systeem van de draadinvoermachine, en klikken op het is ongeldig.
8) Klik op "Instellingen" om naar de "pagina Instellingen voor de continue modus" te gaan.
3, bedieningspaneel en bedieningshandleiding (hieronder is VERSIE V3.3)
3.1 Samenvatting en richtlijnen van de werking
Het bedieningspaneel van de SUP-serie bestaat voornamelijk uit een touchscreen en een bedieningskast. De interface voor bediening via aanraking omvat voornamelijk de startpagina, het proces, de instellingen, de bewaking, enz.
Verschillende onderdelen.
3.1.1 Hoofdscherm bediening touchscreen
Met deze interface kunt u de huidige procesparameters en real-time alarminformatie bekijken.
Als deze optie is ingeschakeld, is de laser ingeschakeld en brandt het rode indicatielampje.
De veiligheidsvergrendeling is meestal grijs en wanneer de laskop in contact komt met het bewerkte werkstuk, wordt deze groen en kan deze worden verwerkt.
Selectie van de lasmodus, standaard ingesteld op continu. Wanneer deze optie is ingesteld op puntlassen, kan er intermitterend licht worden afgegeven voor puntlaswerkzaamheden, waardoor het gemakkelijk is voor menselijke fouten
Goede controle van de puntlastijd, deze functie moet naar behoefte worden ingesteld (VERSIE V3.3 verwijst naar de bovenstaande functies)
3.1.2 Hoofdscherm van de proceswerking
De proces-interface bevat procesparameters voor foutopsporing, die kunnen worden gewijzigd door op het vakje te klikken. Klik na het wijzigen op OK en sla deze op in het snelkoppelingsproces,
Klik in gebruik op Import (Modify Save Import) (importeren (wijzigen, opslaan importeren)).
Het bereik van de scansnelheid is 2-6000 mm/s en het bereik van de scanbreedte is 0 ^ 5 mm. De scansnelheid wordt beperkt door de scanbreedte, en deze beperking heeft betrekking op.
Ja: Scansnelheid van 10 ≤/(scanbreedte * 2) ≤ 1000. Als de limiet wordt overschreden, wordt deze automatisch de grenswaarde. Als de scanbreedte is ingesteld op 0,
Dan wordt het niet gescand (d.w.z. puntlichtbron) (de meest gebruikte scansnelheid is 300 mm/s, met een breedte van 2,5 mm).
Het piekvermogen moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan het laservermogen op de parameterpagina (als het laservermogen 1000 W is, mag deze waarde niet hoger zijn dan 1000).
Het bereik van de bedrijfscyclus is 0 tot 100 (standaard is 100, hoeft gewoonlijk niet te worden gewijzigd).
Het aanbevolen pulsfrequentiebereik is 5-5000Hz (standaard is 2000, hoeft gewoonlijk niet te worden gewijzigd).
Klik op de KNOP HELP in de rechterbovenhoek voor meer uitleg over relevante parameters.
Procesreferentie (afhankelijk van de feitelijke omstandigheden dienen de volgende gegevens alleen ter referentie)
3.1.3 Hoofdscherm instellen
De laserkracht is de ******* vermogen van de gebruikte laser.
De standaardvertraging voor gas aan/uit is 200 ms, met een bereik van 200 ms tot 3000 ms.
Wanneer u het licht inschakelt, neemt u geleidelijk toe van N1% van de processtroom naar 100%; wanneer u het licht uitschakelt, neemt u geleidelijk toe van 100% van de processtroom naar N2 (zoals
Zoals weergegeven in de volgende afbeelding.
Compensatie voor vertraging draadtoevoer verwijst naar de vervroeging van de draadtoevoer in verhouding tot het lichtuitgangssignaal, dat kan worden gebruikt in combinatie met de terugpompfunctie.
De drempelwaarde voor het temperatuuralarm is ****** 70 ºC. Als deze waarde op 0 wordt ingesteld, wordt er geen temperatuuralarm gedetecteerd.
Het bereik van de scancorrectiecoëfficiënt is 0.01~4, en de coëfficiënt van de doellijnbreedte/meetlijnbreedte is over het algemeen 1.25.
Het midden van de laser is met -3~3 mm verschoven, waardoor de verschuiving naar links wordt verminderd en de verschuiving naar rechts wordt vergroot.
Het alarmniveausignaal is standaard en het gemaskeerde alarm kan direct worden gewijzigd in de overeenkomstige niveaudetectie.
De duur van het puntlassen is de lichttijd na het trekken van de trekker, wat betekent dat zelfs als de knop wordt losgelaten de lichttijd nog steeds zal zijn in overeenstemming met de lichttijd (V3.3
Versie verwijst naar de bovenstaande functies)
De intervaltijd tussen puntlassen is de stoptijd tussen twee puntlaswerkzaamheden na het indrukken van de triggerknop (VERSIE V3.3 en functies hoger)
Klik op de KNOP HELP in de rechterbovenhoek voor meer uitleg over relevante parameters.
3.14 bewaking van de hoofdinterface
Deze interface geeft de status en apparaatinformatie van elk van deze apparaten weer detectiesignaal
Klik op apparaatautorisatie om de interface voor de duur van het autorisatiegebruik te openen. Nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd, kan het systeem een bepaalde tijd worden geautoriseerd om het te gebruiken. Codering en
De decryptiemethode is consistent:
4.1 onderhouds- en vervangingsmethoden voor beschermende lenzen:
De eigenschappen van de verwerkingstechnologie van laserlassen vereisen regelmatig onderhoud van de lenzen. Als er een slecht laseffect wordt aangetroffen, controleert u de beschermende lenzen op vuil,
Beschermende lenzen moeten tijdig worden vervangen.
De reinigingstechnologie van lenzen is van groot belang. Slechte reiniging kan leiden tot een afname van de lensprestaties, terwijl een ernstige reiniging kan leiden tot een defect van de lens. Dus de spiegel schoonmaken
Wees zeer voorzichtig tijdens het filmen.
Was uw handen voor gebruik met een reinigingsmiddel en veeg ze droog. Gebruik katoen met alcohol om uw handen opnieuw te drogen.
Maak voor het schoonmaken een ballon (leren tijger), een set horloges, stofdichte en niet-klevende tape en een droog en ontvet katoen (fijn katoen),
99% of meer industriële alcohol, vingertoppen of rubberen handschoenen en spiegelpapier.
Verwijder de schroeven van de afdekking van het spiegelcompartiment in een relatief stofvrije omgeving, verwijder de steun van de beschermende spiegel en inspecteer de beschermende lens. Als de beschermende lens vervuild is,
Het moet schoon worden geveegd met spiegelpapier dat in watervrije alcohol is gedompeld. (Als er duidelijke brandplekken op het oppervlak van de beschermende lens zijn, moet deze direct worden vervangen.)
Controleer vervolgens de witte drukafdichtring onder de beschermende lens.
Als er krassen of vervormingen op de afdichtring van de accumulator zitten, kan deze niet worden gebruikt,
Deze moet onmiddellijk worden vervangen.
Gebruik een in alcohol gedrenkte katoenen bal om de binnenkant van de opening van het compartiment en het deksel snel schoon te vegen
Plaats de steun van de beschermende spiegel in het compartiment van de beschermende spiegel en draai de schroeven vast.
1.1 gebruiksomgeving en parameters
4.2 methode voor middenverstelling van laserprinters (kantelhoek)
Wanneer het rode lampje niet volledig uit de koperen spuitkop kan komen, is handmatige afstelling nodig om te voorkomen dat het koperen mondstuk doorbrandt
Opmerking: Als u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, moet u ervoor zorgen dat er geen rood licht uitstraalt wanneer het niet uit de koperen zuigmond kan komen
Zoals in de onderstaande afbeelding wordt getoond, is er op dit moment geen rood licht dat volledig uit de koperen mond komt
We moeten de achterkap verwijderen en je ziet vier stelschroeven om het midden aan te passen aan de video
Tot slot is het bereiken van dit effect voldoende
Kleine afwijkingen links en rechts kunnen worden ingesteld door de instelling de centrale offset van de paneellaser
5.1. Alarm voor laser/waterkoeler/druk
Als het bovenstaande alarm optreedt zonder het alarmsignaal te gebruiken, moet u het alarmniveau wijzigen.
Als de bovenstaande alarmen optreden als gevolg van het gebruik van alarmsignalen, controleer dan of de hoge en lage niveaus van de alarmen of alarmsignalen van de betreffende apparatuur onjuist zijn ingesteld
5.2. Scherm licht niet op/reageert niet wanneer u erop klikt
Het scherm licht niet op. Als de controller is ingeschakeld (de ventilator draait), controleer dan of de vier kerndraden tussen de controller en het scherm correct zijn aangesloten. De eerste pen is aangesloten op de
Is de 24 V-spanning op pen 4 normaal
Als klikken niet goed werkt tijdens normaal gebruik, controleer dan of de hele machine wordt veroorzaakt door een te hoge temperatuur.
Kan niet invoeren door te klikken. Controleer of de vier kerndraden van de controller en het scherm correct zijn bedraad en of de tweede en derde pennen normaal zijn. Raadpleeg 2.1.2 voor meer informatie
Einde van LCD-scherm van controller
Als er geen reactie is wanneer u op het zojuist geïnstalleerde apparaat klikt, kan dit worden veroorzaakt door een verkeerde systeemversie. Vernieuw het programma en vraag ons bedrijf om de SD-kaart
5.3. Geen lichtopbrengst
De bewakingsinterface kan andere alarmen uitsluiten. Wanneer de laskop het te bewerken werkstuk raakt, wordt de veiligheidsvergrendeling groen weergegeven. Op dit moment
Verwerking, als deze grijs is, controleer dan of de bedrading van de veiligheidsvergrendeling normaal is.
Controleer of alle voorbereidingssignalen normaal zijn
Als het gas en de draad niet worden ontladen, is dit meestal het gevolg van een laserstoring of een probleem met de bedrading. Als het gas en de draad niet worden ontladen, kan dit worden veroorzaakt door een probleem met de voorbereiding van het signaal,
Zie 2.1.3 Controller Signal Interface 1 voor meer informatie
5.4. Plotselinge stop van de lichtopbrengst tijdens de verwerking
De bewakingsinterface controleert of de veiligheidsvergrendeling en andere alarmen normaal zijn en controleert ook of de temperatuur de alarmdrempel voor de temperatuur overschrijdt.
5.5. Polarisatie van rood licht
Raadpleeg 4.2 afstelmethode voor het lasermidden voor meer informatie
Referentie van de bedrading voor driefasige voeding van laserlasmachine
Merk op dat tweefasige of driefasige elektriciteit afhankelijk is van de voeding die nodig is voor de laser en koeler, niet van het aantal kabelbomen
Waarschuwing: Verplaats/installeer de machine niet zonder toestemming. Neem voor de voorbereiding contact op met onze aftersales-service om een definitie te geven van de stroomvoorziening voor de hele machine, en de hele machine moet geaard zijn!!