CAS No.: | 910463-68-2 |
---|---|
Verscheidenheid: | gelyofiliseerd poeder |
Kenmerken: | gelyofiliseerd poeder |
Gebruik: | gelyofiliseerd poeder |
Toestand: | gelyofiliseerd poeder |
specificatie-aanpassing: | 10 mg |
Leveranciers met geverifieerde zakelijke licenties
B7-33 is een enkelvoudig kettingpeptide, een kleiner analoog derivaat van het endogene relaxine eiwit (3). Gewoonlijk bestaat het relaxine peptide uit vier componenten: Een signaal-peptide, B-keten, C-keten en COOH-terminal. In eerste instantie werden verschillende studies uitgevoerd om deze peptide-structuren te repliceren, maar ze resulteerden in een hoge mate van onoplosbaarheid en inactiviteit. Na uitgebreid onderzoek hebben wetenschappers de structuur gewijzigd door de B-keten te produceren en de COOH-terminal te verlengen, waardoor in 2016 de eerste oplosbare analoge (B7-33 peptide) werd. (3)
Naast het structurele verschil heeft het peptide nog andere variaties van de endogene eiwitten. Er is voorgesteld om via perk-pad te handelen in plaats van via het kamppad (P7-33). H2-relaxine is voorgesteld om antifibrotisch potentieel te produceren via het campingpad, wat de vorming van tumoren in het lichaam kan stimuleren. Dit is een belangrijk neveneffect van de relaxine behandeling. (1) Bovendien kan het peptide een sterke affiniteit hebben met de RXFP-1 receptoren. Het peptide lijkt te binden met deze RXFP-1 receptoren, stimuleert perk-pad, wat vervolgens leidt tot een verhoogde synthese van MMP-2 matrix metalloproteinase chemicaliën. Deze chemicaliën remmen dan het littekens van de weefsels en voorkomen daarmee fibrose. (1)
Leveranciers met geverifieerde zakelijke licenties